Het PMM-netwerk groeit qua deelnemers én diversiteit. Dat is mooi, want zo ontstaat een steeds krachtiger netwerk. Daarbij kan het helpen om elkaar steeds beter te leren kennen, want er is nog zoveel kennis en kunde die gedeeld kan worden. Twee waardevolle netwerkpartners stelden zich daarom voor tijdens de online PMM-bijeenkomst van 30 oktober: Het Juiste Loket en De Geschillencommissie Sociaal Domein. Beiden met een belangrijke rol.

Want, hoe ga je om met geschillen tussen organisaties? En vanuit welke wet regel je ondersteuning voor een kind dat diabeteszorg nodig heeft én hulp bij dagelijkse levensverrichtingen? De Zorgverzekeringswet (Zvw) of de Jeugdwet? Hoe is de financiering geregeld voor een palliatieve, terminale cliënt in een verpleeghuis onder de Wet langdurige zorg (Wlz)? Hoe richt je in complexe situaties een multidisciplinair team in? En wie stuurt zo’n team aan als een cliënt nog thuis woont en er nog geen Wlz-indicatie is? Dat is bij voorkeur een specialist ouderengeneeskunde of een arts voor verstandelijk gehandicapten, maar hoe bereik je die bij een thuiswonende cliënt?

Het Juiste Loket

Zomaar een greep uit de vraagstukken die Het Juiste Loket behandelt. Karin is adviseur bij deze landelijke dienst die in 2014 ontstond vanuit koepelorganisatie Ieder(in) en belangenvereniging Per Saldo, in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Ze vertelt dat Het Juiste Loket burgers én professionals helpt die vastlopen in het grensgebied van de Jeugdwet, Zvw, Wlz en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). “Specifiek die situaties waarin niemand goed weet onder welke wet een vraag of casus valt.”  

Meedenken en doorverwijzen

De adviseurs van Het Juiste Loket pakken casussen niet zelf op, maar denken mee, geven onafhankelijk advies en verwijzen door naar bestaande regelingen. Daarnaast maken ze gebruik van allerlei (online) hulpmiddelen. Denk aan Regelhulp.nl, Hulpmiddelenwijzer.nl van Vilans en het Landelijk normenkader hulpmiddelen van VNG. Ook verwijzen ze regelmatig naar het convenant meeverhuizen van VNG, dat duidelijkheid biedt bij financieringsvragen rond hulpmiddelen bij verhuizingen van zorgvragers tussen gemeenten, of naar zorginstellingen. 

Kijken naar wat nodig is

Bij ieder vraagstuk dat binnenkomt, kijken de adviseurs van Het Juiste Loket niet alleen naar de wettelijke kaders, maar vooral naar wat nodig is in die specifieke situatie. En wie een sleutelrol kan spelen. Karin: “Regelmatig zijn dat wijkverpleegkundigen, omdat zij binnen de Zvw mogen indiceren én goed kunnen duiden waar andere zorg of ondersteuning thuishoort.”

Ook gemeenten hebben vaak meer speelruimte dan ze zichzelf toedichten, stelt Karin. Ze komt met een concreet praktijkvoorbeeld waarin een gemeente een compleet nieuwe indicatiestelling startte voor hulpmiddelen, terwijl er al een pakket van eisen van een ergotherapeut lag. Die input had de gemeente kunnen gebruiken om sneller te indiceren.

De juiste route wijzen

Adviseurs van Het Juiste Loket gaan niet mee naar gesprekken, vullen geen aanvragen in en bieden geen langdurige begeleiding. Zij verwijzen uitsluitend door naar de juiste route én leggen uit waarom een vraag daar thuishoort. En welke stappen nodig zijn om een vastgelopen situatie verder te brengen.  

Té complexe vragen dragen zij over aan het Praktijkteam complexe zorgvragen van VWS. Ook hebben de adviseurs regelmatig contact met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) over knelpunten in de uitvoering. Dat maakt het loket een belangrijke schakel tussen praktijk en beleid. Verder werkt Het Juiste Loket nauw samen met de praktijkteams van VWS én Regelhulp.nl – voor input.  

De Geschillencommissie Sociaal Domein

De Geschillencommissie Sociaal Domein speelt een heel andere rol in de ‘maatwerkwereld’. De commissie beslecht geschillen tussen gemeenten, of tussen gemeenten en zorgaanbieders. Meestal over de financiering van zorg onder de Jeugdwet en Wmo, zoals rond het woonplaatsbeginsel, en overbruggingszorg bij jongeren die 18 worden. Maar ook zaken over beschermd wonen en de toegankelijkheid van maatschappelijke opvang. Geschillen over de uitvoering van inkoopcontracten komen ook voor.  

Een geschil voorleggen

Eerder was hierop de geschillenregeling van de VNG van toepassing, vertelt commissielid Moniek Peltenburg. “Sinds april 2023 is deze regeling ondergebracht bij de landelijke stichting Geschillencommissie Sociaal Domein, om meer onafhankelijkheid te borgen. Gemeenten kunnen een geschil aan de Geschillencommissie Sociaal Domein voorleggen, mits zij eerst al het redelijke hebben gedaan om er samen uit te komen. Zo moeten zij eerst samen met het Ketenbureau I-Sociaal Domein tot een oplossing proberen te komen.” Cliënten kunnen geen zaak indienen. Voor hen geldt het reguliere klachtenrecht.”  

Na de aanmelding van een geschil lichten beide partijen hun standpunten schriftelijk toe. “Zij kunnen alles aanleveren wat zij relevant vinden, zolang hun standpunt duidelijk is – vooral dat van de indiener. Je mag dus geen mailwisseling opsturen waaruit wij als commissie de standpunten zelf moeten destilleren”, benadrukt Moniek.

Op voorhand akkoord geven

Daarna organiseert de commissie een zitting waarin zij een bindend advies geeft. Daarmee moeten beide partijen op voorhand akkoord gaan. Tijdens de zitting kunnen partijen hun standpunten mondeling toelichten en vragen beantwoorden. “Het stellen van vragen levert vaak nieuwe feiten op”, legt Moniek uit.   Elke zaak wordt behandeld door een commissie van drie leden: een (oud-)rechter en twee inhoudelijk experts. Branchepartijen en cliënten- of patiëntenorganisaties dragen deze experts aan. Denk aan de VNG, Jeugdzorg NL, Valente en de Nederlandse GGZ.

Breed toetsingskader

Bij de beoordeling van ieder geschil hanteert de commissie een breed toetsingskader: wet- en regelgeving, jurisprudentie, geldende overeenkomsten en overige feiten en omstandigheden. Alle uitspraken komen anoniem in een openbaar register terecht, waar gemeenten, aanbieders en maatwerkprofessionals lessen uit kunnen trekken. Bovendien analyseert de commissie de uitspraken. Zo gaan ze op zoek naar rode draden die duidelijk maken waar de uitvoering van de Jeugdwet en Wmo structureel wringt.  

Contact met de commissie

Vanwege het onafhankelijke karakter van de commissie kunnen PMM-leden in principe niet rechtstreeks contact opnemen met commissieleden van de Geschillencommissie Sociaal Domein. Wel kunnen zij over lopende procedures bellen met het secretariaat van de commissie via 070-310 53 10 (maandag t/m vrijdag van 09:00 tot 14:00 uur).  

Preventieve en vroeg-informatieve rol

Ook over andere vragen kunnen PMM-leden contact opnemen met het secretariaat. Indien nodig kan het secretariaat hen doorverbinden naar een jurist van de commissie, vult Puck Koolen aan. Zij is een van die juristen. “Dat gaat niet over lopende zaken en we geven geen concrete adviezen – dat mogen we niet”, legt ze uit. “Wel kunnen we bijvoorbeeld toelichten hoe je voorkomt dat een geschil escaleert. Dat hoort bij onze preventieve en vroeg-informatieve rol. Want de formele weg kost veel tijd en geld, en via een goed gesprek kunnen partijen er soms al uitkomen.”  

Aanvullend hierop heeft De Geschillencommissie regelmatig bijeenkomsten met vertegenwoordigers uit het veld om ontwikkelingen te bespreken en signalen uit de praktijk te delen. “We kijken dan ook of er aanleidingen zijn om nieuwe commissies op te richten, of de reikwijdte van bestaande commissies uit te breiden”, zegt Puck tot slot.